Lieve Shmet,
We hebben haar allemaal wel al eens zien lopen: het Economiesletje. Na jaren van intense observatie is het voor getrainde studenten zoals ikkezelluf evident geworden om dat soortement wijfjes te spotten in een grote massa met andere wijfjes. Dat draagt zo zijn voordelen met zich mee: door te weten waar zij zijn, weten wij waar wij niet moeten zijn. Zo kunnen we uit de buurt blijven van o.a. pré-rijkemensendrugs (MDMA als opstapje naar cocaïne, red.), gezaag over hoe hun papa het als zelfstandige zo moeilijk heeft in het huidige economische klimaat, en een facebookfeed vol foto's waar meisjes met gestijld haar straalbezopen in een zetel liggen voor ze hun Galabal binnenstrompelen. Wij, ervaren studenten, hebben onszelf dus van deze teefjes gered door een soort trial and error, maar nieuwkomers uit de onschuldige humaniorawereld hebben geen flauw benul. Ik zie het als mijn persoonlijke taak deze leeftijdsgehandicapten te voorzien van tips om de Economieslet te spotten, en om zijn gedrag aan te passen voor het geval hij er ooit oog in ugg mee zou komen te staan. Want wees eens eerlijk: de Guido Gids meent ons in september voor te bereiden op de perikelen van het studentikoze bestaan, maar is dat wel echt zo? Wat doet het ertoe dat de eerstejaar door zijn gidsje zeven vegetarische gerechten kan maken als hij in november al een liefje heeft dat een Economieslet is? Een flamingantmeisje met een Franse naam, een meisje dat de eerstejaar op zaterdagen meesleurt naar conventies voor ondernemers omdat de vader van zijn teefje een KMO runt, een meisje dat de eerstejaar geen bierbuikje trakteert, maar een gin-tonicbuikje. Dan is onze eerstejaar vet met zijn vegetarische schotels. Neen, lieve lezer, ik sta het niet toe. Daarom vindt u hier de kenmerken van het Economiesletje. Know your enemy, want alleen zo kan je haar vermijden. 1. Haar kleren Eerstejaar, je hoeft zelfs niet te kijken naar gedragingen van de wijfkes rondom u om het Economiesletje te spotten: ze draagt namelijk telkens zeer herkenbare kleren. Toen de rijke teef in kwestie zich aan de UGent inschreef in Handelsingenieur (dat doen ze allemaal, infra) kreeg ze van decaan De Clercq naast haar boterham kaviaar ook de illustere Economiesletje Starter Pack. Dat is een pakketje kleren, want als Handelsingenieure (in het eerste jaar althans, infra) is ze een ambassadrice van haar bloedeigen faculteit, en zoals airhostessen belachelijke pakjes moeten dragen voor de sake van de luchtvaartmaatschappij, zo moeten Economiesletjes ook hun richting naar de buitenwereld uitdragen met een vaste outfit. Het is dus belangrijk te begrijpen dat de meisjes in kwestie heel veel kleren krijgen, maar telkens dezelfde outfit dragen. Zo krijgen ze vier paar uggs voor het eerste semester, maar dragen ze ze dus effectief elke dag. Naast die plompe sloffen herken je ze aan hun extreem spannende broek, zelfs al hebben ze er het lichaam niet voor. Het is dus aangewezen, zeker gezien je brandende eerstejaarslust, om de jongste van de Economiesletjes te mijden: hun dijen zijn nog niet in de breedte verdubbeld door hun passief gedrag en de tonnen Bavik, waardoor ze er (nog) vrij strak uitzien. Sluit je ogen dus voor die afgetrainde benen, want in Gent gaat dat sletje niet meer wekelijks gaan joggen, en voor je het weet zit je opgescheept met een bolletje teef met veel bruinsel en wat lippenstift op haar ronde kop. Het sletje kenmerkt zich tevens door haar pastelkleurig hemdje dat ze sierlijk met twee knopjes dichtmaakt. Ze werkt haar outfit af met een oerlijk kostuumvestje dat ze oprolt tot de ellepijp omdat het nu eenmaal reteslecht zit. Maar het meest typerend aan de Economieteef is haar jas. Welnu, jas. Het is eerder een soort opblaasmatras met openingen voor de lichaamsdelen waardoor het wel kan functioneren als een vest, maar het is nog steeds een opblaasmatras – als ik gaten snij in mijn gordijnen en ik draag het als een poncho, zijn het nog altijd gordijnen. Maar let op, eerstejaar, de voorbije jaren is de situatie voor Sletspotters aanzienlijk complexer geworden: om verwarring te zaaien zijn er nu ook Economieboys die de matrasjes in kwestie beginnen te dragen. Onafhankelijke getuigen meldden ons zelfs al dat er bij het hoofdkwartier van StudentenEnMobiliteit een rij matrasboys stond om hun jasje op te pompen, waardoor de fietsers met platte banden kasseiwaarts gestuurd werden. Het moge duidelijk zijn: de kleren die de studenten van deze faculteit dragen hebben weinig te maken met stijl of elegantie, maar wel met het uitdragen van een elitair groepsgevoel - en in het geval van hun matrasjesjasjes (in Jejoentaal: matjasjes), met het altijd voorbereid zijn op een overstroming. Maak er gebruik van, eerstejaar, en ren als de wiedeweerga richting Zuid vanaf je ook maar een glimp van een ugg of een rubberen vestje je ooghoek ziet binnenrollen. 2. Haar gedrag in de zgn. 'uitgang' Allemaal goed en wel, bovenstaande tips, maar eens je beschonken bent let je niet meer op details zoals ‘uiterlijk’. Zo kan het wel eens voorvallen dat je op je kot wakker wordt naast een lekker wijf, terwijl iedereen weet dat rokerige shemales je fetisj zijn. Da’s nu op zich geen probleem, maar wakker worden naast een Economiesletje is dat wèl. Gelukkig hebben deze slonsjes het ons ook hier weer gemakkelijk gemaakt door massaal hetzelfde gedrag te stellen in geval van beneveldheid. Eerst en vooral vind je ze 's nachts maar op een beperkt aantal plaatsen terug: de Apache, de Porters House, ’t Kofschip, je hebt er vrije baan, want termen als ‘Britpop’ of ‘slechte kutschlagers’ klinken de Economiesletjes even onbekend in de oren als ‘gelijkekansenonderwijs’. Ruimte genoeg dus in je dierbare Toverpoort om te hunte, maar niet onmiddellijk gaan zweven: het venijn zit ‘m in de staart. Aan de rand van de Overpoort, in de geurschaduw van Frituur Julien, vind je alle teefjes terug in hetzelfde café. YUCCA, lees je, nadat je drie minuten met je zware oogleden gebalanceerd hebt om de juiste dronken oogzoom te vinden. “I don't care! I love it!”, krijsen de geparfumeerde kraaien. Vlucht, eerstejaar, nu het nog kan. De Yucca, een waar Tuverpuerta-instituut. Een minuscuul kotje waar het dagen in de wind stinkt, waar men Duvel in plastieken bekertjes schenkt, waar de vloer meer plakt dan superlijm in je anus (nooit gebeurd hoor), maar vooral: het is het officiële café van de faculteit Economie en Bedrijfskunde. Dit is de vleselijke habitat van de uggdragende papa’s ladies, en het is héél belangrijk om je te beschermen eens je er (wee je beenderen) beland zou zijn. Het is namelijk niet zo dat álle dames daarginds Economiesletjes zijn: richt je blik naar beneden, en misschien spot je wel de Vans van een down to earth psychologiemeisje, of met wat geluk zelfs de stiletto’s van Hot Marijke. Hoe valt nu te weten waar het gevaar zich schuil houdt? Het antwoord is simpel, en het valt je zo voor de voeten. Letterlijk. Totaal naar de bollen door de ranzige Bavik hebben de Economiesletjes namelijk de neiging om te compenseren voor hun zattigheid door te gretig achterover te leunen. En dan vallen ze natuurlijk keihard op hun achterkop. Neem je tijd om in lachen uit te barsten, maar pak dan snel je afstand voor het donkerrode bloed uit hun linkeroor je schoenen bevuilt. Een stapje achteruit dus, eerstejaar. Met wat geluk ligt dat down to earth psychologiemeisje wel met haar voorhoofd op de plakkerige vloer. Leg ze op je schouder, trap de deur van de Yucca open, en triomfeer ermee naar huis. Je hebt de schat uit het kamp van de vijand veroverd. Thuis kan je nog even kijken of ze een pietje heeft, maar hoe dan ook staat één ding vast: vanavond ben jij de winnaar. 3. Haar studies Vermoed je door bovenstaande tips dat je naast zulk een wijfie zit op een bankje, maar wil je toch het zekere voor het onzekere nemen? Dat kan, en het is helemaal niet zo ingewikkeld. Het volstaat om effe kort te luistervinken; ofwel praat het slonsje over haar paarden – op haar sepia bewerkte omslagfoto kust ze er trouwens sowieso ééntje -, ofwel gaat het over haar studies. En haar studieparcours, da's heel erg voorspelbaar. Elk Economiesletje schrijft zich in in Handelsingenieur, het Latijn van de faculteit. Van daar af zijn er verschillende opties. In zeldzame gevallen is de dame goed genoeg in wetenschappen en informatica om zich aan de takken van de zomerreces vast te houden om zo binnen de zeven jaar af te studeren. Maar meestal werkt dat niet, en moeten de sletjes terugvallen op andere methodes. De efficiëntste daarvan is ook een heel gemakkelijke: het volstaat om een afspraakje te regelen met de praeses van de VEK en de langeheer van de langeheer in kwestie te langeheren. In ruil daarvoor doet de nobele VEK-ridder een goed woordje bij de prof om zo toch een deliberatie te regelen voor het schattige meisje, en alzo kan ze een trotse Handelsingenieure blijven. Kijk maar eens rond in de aula tijdens het eerste college van het vak Werktuigkunde: een vijftal meisjes snappen exact wat de prof aan het vertellen is, de anderen, één voor één met sterk ontwikkelde kaakspieren, checken hun Ponyphone om er zeker van te zijn dat hun knol genoeg slaap heeft, of ze hebben hun iPad al uitgehaald om een berichtje te sturen naar de drukbezogen praeses. Heeft de studente haar punten toch wel extréém naar de kut geholpen, wacht haar onvermijdelijk het vagevuur van EW, TEW, of, erger nog, Handelswetenschappen (respectievelijk te vergelijken met Latijn-Moderne Talen, Economie-Moderne Talen, en Humane). En hey, anders is er nog de klassieke studieswitch voorhanden: Rechten. Want da's toch gewoon Economie voor wie geen wiskunde kan. Zo, vuile Shmet, genoeg tips om de Economieslet te herkennen. Komt het nu toch voor dat je ermee geconfronteerd wordt, probeer dan sissende geluiden te maken en traag achteruit te lopen. Het kan ook helpen om dreadlocks te dragen, de Internationale in het Russich te zingen, of zelfs te zeggen dat je 'die stakingen over het algemeen wel nog zo'n slecht idee niet vindt'. In dat laatste geval is een scheldtirade (een woordelijke reproductie van wat haar papa mompelde terwijl hij een liefdesbrief stuurde naar minister van Overtveldt) je deel. Beschimpt worden door een paardenwijf, leuk is anders natuurlijk, maar het is wel een uitstekende manier om te vermijden dat je in de sleur van een relatie met zo'n sletje terechtkomt, en dat is het doel dat je je altijd voor ogen moet houden. Laat de 'vieze sos!' of 'vuile blandino' je oren dus maar smaken: de haat van de slet is de voorbode voor jouw zorgeloos leventje. Neen aan paardenwijven. Shmet https://www.facebook.com/shmetblog
1 Comment
Doeme schacht
6/4/2015 01:00:06 pm
Op maandag 30 maart trok een team van 2 reporters en één cameraman naar het hol van de leeuw om er de economieslet te zoeken...
Reply
Leave a Reply. |
SONG OF THE MOMENT'Dans de Sirtaki' - De Romeo's |